Van 8 tot en met 13 juli waren Bertus, Roberto en ik naar het Medeltida Ystad-festival in Zweden. Het betrof een kampement rondom een opgekalefaterd 'kasteel' (een grote hoeve) geheten Bjersjöholm (andere spellingen mogelijk) op de weg tussen Malmö en Ystad in Skåne. We waren uitgenodigd door onze bevriende groepen Carnis en Albrecht's Bössor, en mochten meeëten op voorwaarde dat we niet betaalden en wel meehielpen met koken en de barricade opbouwen. En, heel belangrijk: dat we stroopwafels mee zouden brengen, een blijkbaar typisch Nederlandse delicatesse, onbekend in Zweden. Het uitdelen ervan lokte curieuze gezichten uit, verbaasd snuffen, voelen en kijken, een voorzichtig hapje....en dan blijdschap! Een van Albrecht's vrouwen omschreef de sensatie als 'neuken in the mouth' (dit nadat we hadden uitgelegd wat neuken betekende). Een wat opmerkelijke omschrijving, maar ze bedoelde dat het lekker was.
From July 8th to 13th Bertus, Roberto and I went to Medeltida Ystad in Sweden on invitation by Carnis and Albrecht's Bössor, and we could join dinner if we didn't pay, but would help them with cooking, building fortifications, and, most important, bring stroopwafels, a Dutch delicacy which provoked surprise, inquiry and then joy - one of Albrecht's ladies described the sensation as like having sex, but then on the tongue. Bit strange, but it was good.
Op 8 juli vertrokken we 's ochtends om half 8 uit Alphen, om rond 9.00 aan te komen in huize Beijshuizen, waar we de pasgeboren spruit, Merel Merlijne van naam, van Machteld en Nijso mochten bewonderen. Als presentje hadden we een technische handleiding voor het functioneren van een baby gekocht. Een uurtje later begaven we ons richting Duitsland. Onderwijl regende het pijpestelen, tot zeker halverwege Denemarken.
In Bremen arriveerden we tegen 13.30, om Bertus te laten rusten, en het Fockemuseum te bekijken, met fraaie vroeg 15e eeuwse beelden en 13e t/m 15e eeuwse vondsten, en daarna een Bratwurst te eten in de stad, en de 14e eeuwse koorbankfragmenten in de kerk uitgebreid te fotograferen. Het was al tegen 17.00 toen we Bremen verlieten, ons tussen wegwerkzaamheden doorwrongen, om de veerpont naar Denemarken te pakken en laat (ca 23.00) in de schemering te arriveren in Bjersjöholm. We konden de LHO-tent slechts op een hellinkje kwijt, en rond 2.30 begon het al reeds licht te worden, dus besloten we te ruste te gaan.
On the 8th we left at 7.30, went for a quick stop at the house Machteld and Nijso Beijshuizen to see their recently born daughter, hurried through pouring rain towards Bremen, where we had a pause at the Fockemuseum and the church (and ate a Bratwurst) to take the ferry to Denmark and arrive late in the evening in Bjersjöholm, to put up our tent on a slope and sit around 'till early dawn.
Donderdag waaide het heel hard en was het wisselvallig, en aten we gerechten met veel uien, wat een opmerkelijke geur in onze tent veroorzaakte. Vrijdag nog veel wind, maar zaterdag was het al veel beter en zondag was zelfs heet te noemen. Omdat Ystad op 5 minuten rijden lag, konden we onze hapjes aanvullen bij de lokale supermarkt. De eerste keer bleken we echter een soort kluscentrum te hebben getroffen, waar toevallig ook chips en limonade werden verkocht. Op zaterdag vonden we gelukkig een COOP. Merkwaardigerwijs is bier boven de 3,5% alleen verkrijgbaar in speciaalzaken.
De dagen verliepen ongeveer hetzelfde: rond half 12 konden we als we wilden op vertoon van onze deelnemerspas lunch krijgen, een eenvoudige hap met sla, aardappel en een lekker mals stuk vlees. Overigens hadden we regelmatig ook zelf gewoon lunch. Om 13.50 was er een parade, waarbij we in wapenrusting met de stoet meewandelden over een afstand van ca 300 meter - aanvankelijk was gedacht aan een parade vanuit het centrum van Ystad, maar de 5 kilometer maakten dat wat zwaar; er was aan de organisatie voorgesteld dat elke deelnemer dan één kroon per meter kreeg, waardoor men er toch van af zag.
Tussen parade en slag maakten we vaak wat kleding of hadden lol in het kamp. Om 16.00 was dan de slag, een kleine belegering met coole pyro-effecten (lees: EXPLOSIES!) en het bestormen van de houten fortificatie, die resulteerde in het bruut afslachten van één der beide legers. Daarna hadden we nog wat skirmishing, gewoon voor onze eigen lol. All in good fun, hoewel een van de Bössor tijdens een oefening een zwaardhouw in zijn gebit kreeg, zodat zijn fraaie snor een lelijke wond moest verdekken. Daarna wachtten we op het avondmaal, waarop men zich vermaakte met gokken, bier drinken of naaien tot het donker werd. En dat is láát in Zweden. Er was tevens een avondprogramma met muzikanten en een vuurshow bij het kasteel.
Thursday and friday were quite windy and a little rainy, but saturday was nice, and sunday even hot. Fortunately, Ystad was close by, and we could do some shopping. Alas, beer above 3,5% was only available at special shops (we couldn't find).
Lunch was served from 11.30 and consisted of rather simple composition: tipically, Swedes serve potatoes and excellent meat, and some sort of salad with it. We had our own, even better, lunch in the camp as well.
At 1.50 PM we had a parade, which was very short; the organisation had proposed we walk from Ystad to the castle, but that was too great a distance, so when someone had opted we would receive a krona per meter each, the organisers were convinced.
At 4 PM we did battle, storming or defending the fortress, with cool pyro-effects (EXPLOSIONS!) and much brutal killing. After that we had some skirmishing for our entertainment. All in good fun, although some people got injured badly in practice of their own. For the rest of the time we sat around making clothes, having a laugh or seeing the site. The evenings were reserved for drinking, gambling and a night-entertainmentshow with fire and live music.
Zaterdag hebben Roberto en ik de omgeving gefotografeerd, die zeer indrukwekkend was. De omliggende landerijen waren groen-goud van het graan en de zon scheen op deze windbespeelde zee van stengels.
Zaterdagavond hadden we een soort banket, met schapenvlees, brood met boter en aal en iets vegetatiefs. Omdat het eten nogal laat klaar was, verbaasde het me dat het al snel half 2 's nachts was - dat verklaarde waarom ik begon in te zakken. We bleven doorfeesten tot het zo goed als licht was. Peter en Simon lieten zien hoe men piraat kan worden: gooi sterke drank in je oog, en laat iemand met een stuk hout tegen je scheen slaan, om dat hout vervolgens onder het been te laten zetten. Als vanzelf roept men dan 'arrr!'. Er waren ook twee erg leuke pluizige knuffelhonden, een soort witte huskey-achtige beesten, die als taak hadden warm en wollig te zijn, tot groot genoegen van kleuter Isolde, Peters dochter.
Op zondag ruimde iedereen al redelijk op tijd op, behalve wij, want we bleven nog een nachtje. Na ons geld (6000 kr) te hebben ontvangen, verpatsten Bertus en ik dat aan prachtig fustijn en namen daarna een douche - verstoord door twee Zweedse jongens die niet schroomden zich te ontkleden om ook te douchen. Simon had beloofd ons, na een Zweedse hamburger respectievelijk gehaktballen, de weg te wijzen naar een kasteeltje uit 1499 (nog nét middeleeuws dus :P), hetgeen best leuk was, maar Loevestein is indrukwekkender, zoals Bertus zei. Toen we terug waren, was op een auto het veld volledig leeg. Inmiddels had de meligheid toegeslagen en Roberto en ik citeerden meesterserie Ren & Stimpy, beklommen de hooiberg en pakten onze koffers in. Bertus belde met Isis, terwijl wij op de achtergrond dubbel lagen van het lachen.
Saturday I made pictures of the great surrounding lands filled with sunstruck flowing golden grain. In the evening we had a banquet, eating mutton, bread and eels, and something vegetably. Peter and Simon showed us how to be a pirate by throuwing liquor in your eye, and having your leg beaten simultaneously with a piece of wood which is to be placed under the knee, resulting in a well-ment 'arrr'.
On sunday everyone started packing, and after we had spent our payment partially on some beautiful fustian, Bertus and I took a shower, disturbed by two Swedes who weren't ashamed to denude themselves before us to shower as well. Simon showed us, after a hamburger and some meatballs, to a 1499 castle. Returned to the tent, the field was entirely empty. While Bertus called Isis, Roberto and I got into a laugh by quoting Ren & Stimpy, climbing the haystack and meanwhile packing for the journey.
Maandagochtend regende het, maar al gauw klaarde het op. Ontbijten deden we in Lund, waar we ook in de St. Laurentiusdom prachtige koorbanken fotografeerden van ca 1350, tot enige verbazing van het kerkpersoneel. Daarna reden we naar de veerpont, om rond 14.00 in Lübeck naar het stadsmuseum te gaan, en de twee mooie gothische kerken te bekijken, beide deels afgebrand in 1942, maar de St-Marienkirche was wonderwel redelijk intact. In Hamburg zochten we een bistro waar we toepasselijk een hamburger konden eten, maar moesten het uiteindelijk doen met überkapitalist McDonalds, omdat NERGENS hamburgers te vinden waren. Wel worst. Intussen hadden we het volledige hoorspel van The Hitchhiker's Guide to the Galaxy opgezet. Dat bracht me uiteindelijk in een vreemde stemming, gelovend dat je in feite niets nodig hebt om te reizen. Na een korte stop nabij Osnabrück reden we door tot Alphen, waar ik mijn blaas eindelijk kon legen. Thuisgekomen ontdekte ik het overlijden van mijn poes Bop.
On monday we travelled home via Lund, where we had breakfast and visited St Lawrence's, with pretty 1350 carved choirseats. In Lübeck we had a stop at the city-museum and two gothic churches, partially destroyed by fire in '42, but the St-Marienkirche seemed reasonably intact. In Hamburg we looked for a place to eat hamburgers, but they only sold saucages. We had to make do with capitalist McDonalds. On the road we listened The Hitchhiker's Guide to the Galaxy. Coming home I discovered the death of my cat Bop.
Trivia: Zweden zijn extreem keurig, rijden nooit harder dan 50 km/h - ook niet op de snelweg zo lijkt het; drinken en gokken zelden (behalve de mannen van Albrecht's) en zijn zeer beleefd. In tegenstelling tot Nederlanders ("English!").
Al met al een heel geslaagd weekje, zeker voor herhaling vatbaar! Ik wil nu al terug!
Laurens
From July 8th to 13th Bertus, Roberto and I went to Medeltida Ystad in Sweden on invitation by Carnis and Albrecht's Bössor, and we could join dinner if we didn't pay, but would help them with cooking, building fortifications, and, most important, bring stroopwafels, a Dutch delicacy which provoked surprise, inquiry and then joy - one of Albrecht's ladies described the sensation as like having sex, but then on the tongue. Bit strange, but it was good.
Op 8 juli vertrokken we 's ochtends om half 8 uit Alphen, om rond 9.00 aan te komen in huize Beijshuizen, waar we de pasgeboren spruit, Merel Merlijne van naam, van Machteld en Nijso mochten bewonderen. Als presentje hadden we een technische handleiding voor het functioneren van een baby gekocht. Een uurtje later begaven we ons richting Duitsland. Onderwijl regende het pijpestelen, tot zeker halverwege Denemarken.
In Bremen arriveerden we tegen 13.30, om Bertus te laten rusten, en het Fockemuseum te bekijken, met fraaie vroeg 15e eeuwse beelden en 13e t/m 15e eeuwse vondsten, en daarna een Bratwurst te eten in de stad, en de 14e eeuwse koorbankfragmenten in de kerk uitgebreid te fotograferen. Het was al tegen 17.00 toen we Bremen verlieten, ons tussen wegwerkzaamheden doorwrongen, om de veerpont naar Denemarken te pakken en laat (ca 23.00) in de schemering te arriveren in Bjersjöholm. We konden de LHO-tent slechts op een hellinkje kwijt, en rond 2.30 begon het al reeds licht te worden, dus besloten we te ruste te gaan.
On the 8th we left at 7.30, went for a quick stop at the house Machteld and Nijso Beijshuizen to see their recently born daughter, hurried through pouring rain towards Bremen, where we had a pause at the Fockemuseum and the church (and ate a Bratwurst) to take the ferry to Denmark and arrive late in the evening in Bjersjöholm, to put up our tent on a slope and sit around 'till early dawn.
Donderdag waaide het heel hard en was het wisselvallig, en aten we gerechten met veel uien, wat een opmerkelijke geur in onze tent veroorzaakte. Vrijdag nog veel wind, maar zaterdag was het al veel beter en zondag was zelfs heet te noemen. Omdat Ystad op 5 minuten rijden lag, konden we onze hapjes aanvullen bij de lokale supermarkt. De eerste keer bleken we echter een soort kluscentrum te hebben getroffen, waar toevallig ook chips en limonade werden verkocht. Op zaterdag vonden we gelukkig een COOP. Merkwaardigerwijs is bier boven de 3,5% alleen verkrijgbaar in speciaalzaken.
De dagen verliepen ongeveer hetzelfde: rond half 12 konden we als we wilden op vertoon van onze deelnemerspas lunch krijgen, een eenvoudige hap met sla, aardappel en een lekker mals stuk vlees. Overigens hadden we regelmatig ook zelf gewoon lunch. Om 13.50 was er een parade, waarbij we in wapenrusting met de stoet meewandelden over een afstand van ca 300 meter - aanvankelijk was gedacht aan een parade vanuit het centrum van Ystad, maar de 5 kilometer maakten dat wat zwaar; er was aan de organisatie voorgesteld dat elke deelnemer dan één kroon per meter kreeg, waardoor men er toch van af zag.
Tussen parade en slag maakten we vaak wat kleding of hadden lol in het kamp. Om 16.00 was dan de slag, een kleine belegering met coole pyro-effecten (lees: EXPLOSIES!) en het bestormen van de houten fortificatie, die resulteerde in het bruut afslachten van één der beide legers. Daarna hadden we nog wat skirmishing, gewoon voor onze eigen lol. All in good fun, hoewel een van de Bössor tijdens een oefening een zwaardhouw in zijn gebit kreeg, zodat zijn fraaie snor een lelijke wond moest verdekken. Daarna wachtten we op het avondmaal, waarop men zich vermaakte met gokken, bier drinken of naaien tot het donker werd. En dat is láát in Zweden. Er was tevens een avondprogramma met muzikanten en een vuurshow bij het kasteel.
Thursday and friday were quite windy and a little rainy, but saturday was nice, and sunday even hot. Fortunately, Ystad was close by, and we could do some shopping. Alas, beer above 3,5% was only available at special shops (we couldn't find).
Lunch was served from 11.30 and consisted of rather simple composition: tipically, Swedes serve potatoes and excellent meat, and some sort of salad with it. We had our own, even better, lunch in the camp as well.
At 1.50 PM we had a parade, which was very short; the organisation had proposed we walk from Ystad to the castle, but that was too great a distance, so when someone had opted we would receive a krona per meter each, the organisers were convinced.
At 4 PM we did battle, storming or defending the fortress, with cool pyro-effects (EXPLOSIONS!) and much brutal killing. After that we had some skirmishing for our entertainment. All in good fun, although some people got injured badly in practice of their own. For the rest of the time we sat around making clothes, having a laugh or seeing the site. The evenings were reserved for drinking, gambling and a night-entertainmentshow with fire and live music.
Zaterdag hebben Roberto en ik de omgeving gefotografeerd, die zeer indrukwekkend was. De omliggende landerijen waren groen-goud van het graan en de zon scheen op deze windbespeelde zee van stengels.
Zaterdagavond hadden we een soort banket, met schapenvlees, brood met boter en aal en iets vegetatiefs. Omdat het eten nogal laat klaar was, verbaasde het me dat het al snel half 2 's nachts was - dat verklaarde waarom ik begon in te zakken. We bleven doorfeesten tot het zo goed als licht was. Peter en Simon lieten zien hoe men piraat kan worden: gooi sterke drank in je oog, en laat iemand met een stuk hout tegen je scheen slaan, om dat hout vervolgens onder het been te laten zetten. Als vanzelf roept men dan 'arrr!'. Er waren ook twee erg leuke pluizige knuffelhonden, een soort witte huskey-achtige beesten, die als taak hadden warm en wollig te zijn, tot groot genoegen van kleuter Isolde, Peters dochter.
Op zondag ruimde iedereen al redelijk op tijd op, behalve wij, want we bleven nog een nachtje. Na ons geld (6000 kr) te hebben ontvangen, verpatsten Bertus en ik dat aan prachtig fustijn en namen daarna een douche - verstoord door twee Zweedse jongens die niet schroomden zich te ontkleden om ook te douchen. Simon had beloofd ons, na een Zweedse hamburger respectievelijk gehaktballen, de weg te wijzen naar een kasteeltje uit 1499 (nog nét middeleeuws dus :P), hetgeen best leuk was, maar Loevestein is indrukwekkender, zoals Bertus zei. Toen we terug waren, was op een auto het veld volledig leeg. Inmiddels had de meligheid toegeslagen en Roberto en ik citeerden meesterserie Ren & Stimpy, beklommen de hooiberg en pakten onze koffers in. Bertus belde met Isis, terwijl wij op de achtergrond dubbel lagen van het lachen.
Saturday I made pictures of the great surrounding lands filled with sunstruck flowing golden grain. In the evening we had a banquet, eating mutton, bread and eels, and something vegetably. Peter and Simon showed us how to be a pirate by throuwing liquor in your eye, and having your leg beaten simultaneously with a piece of wood which is to be placed under the knee, resulting in a well-ment 'arrr'.
On sunday everyone started packing, and after we had spent our payment partially on some beautiful fustian, Bertus and I took a shower, disturbed by two Swedes who weren't ashamed to denude themselves before us to shower as well. Simon showed us, after a hamburger and some meatballs, to a 1499 castle. Returned to the tent, the field was entirely empty. While Bertus called Isis, Roberto and I got into a laugh by quoting Ren & Stimpy, climbing the haystack and meanwhile packing for the journey.
Maandagochtend regende het, maar al gauw klaarde het op. Ontbijten deden we in Lund, waar we ook in de St. Laurentiusdom prachtige koorbanken fotografeerden van ca 1350, tot enige verbazing van het kerkpersoneel. Daarna reden we naar de veerpont, om rond 14.00 in Lübeck naar het stadsmuseum te gaan, en de twee mooie gothische kerken te bekijken, beide deels afgebrand in 1942, maar de St-Marienkirche was wonderwel redelijk intact. In Hamburg zochten we een bistro waar we toepasselijk een hamburger konden eten, maar moesten het uiteindelijk doen met überkapitalist McDonalds, omdat NERGENS hamburgers te vinden waren. Wel worst. Intussen hadden we het volledige hoorspel van The Hitchhiker's Guide to the Galaxy opgezet. Dat bracht me uiteindelijk in een vreemde stemming, gelovend dat je in feite niets nodig hebt om te reizen. Na een korte stop nabij Osnabrück reden we door tot Alphen, waar ik mijn blaas eindelijk kon legen. Thuisgekomen ontdekte ik het overlijden van mijn poes Bop.
On monday we travelled home via Lund, where we had breakfast and visited St Lawrence's, with pretty 1350 carved choirseats. In Lübeck we had a stop at the city-museum and two gothic churches, partially destroyed by fire in '42, but the St-Marienkirche seemed reasonably intact. In Hamburg we looked for a place to eat hamburgers, but they only sold saucages. We had to make do with capitalist McDonalds. On the road we listened The Hitchhiker's Guide to the Galaxy. Coming home I discovered the death of my cat Bop.
Trivia: Zweden zijn extreem keurig, rijden nooit harder dan 50 km/h - ook niet op de snelweg zo lijkt het; drinken en gokken zelden (behalve de mannen van Albrecht's) en zijn zeer beleefd. In tegenstelling tot Nederlanders ("English!").
Al met al een heel geslaagd weekje, zeker voor herhaling vatbaar! Ik wil nu al terug!
Laurens